Wat is er mooier dan een boog bedekt met een waterval rozen? Om dit voor elkaar te krijgen moet je de klimroos op de juiste manier snoeien. Er zijn drie soorten klimrozen: de doorbloeiende, de eenmalig bloeiende en de rambler. De ene klimroos is de andere niet. De drie soorten moeten op een andere manier gesnoeid worden om tot het beste resultaat te komen. Het is even wat werk, maar het resultaat mag er zijn.
In het algemeen: klimroos snoeien
Voor alle rozen geldt dat er in maart, nadat de kans op vorst voorbij is, ziek of dood hout weggehaald kan worden. Takken die andere takken kruisen worden dan ook gesnoeid. Ook dunne zwakke takjes waar geen knoppen aan zullen komen moet je weghalen. In oktober is het van belang om de rozen, voordat de herfststormen losbarsten, na te kijken en indien nodig weer stevig aan te binden. Ook worden te lange scheuten ingekort om schade door afbrekende takken te voorkomen.
Na het snoeien is het nodig om de klimroos goed bij te mesten. Hier haalt de plant zijn energie vandaan om weer te kunnen gaan bloeien.
Eenmalig bloeiende klimroos snoeien
Na de bloei, in juli of augustus, snoei je deze klimrozen. Alle uitgebloeide zijtakken worden teruggesnoeid tot zo’n 10 cm. Om nieuwe grondscheuten te krijgen knip je de zeer oude takken tot aan de grond toe af. Nieuwe stevige scheuten worden horizontaal vastgezet en worden niet terug geknipt. Aan deze takken verschijnen in het volgende jaar weer zijtakken met daaraan de bloemknoppen. Ramblers maken ook deel uit van de eenmalig bloeiende klimroos. Je snoeit ze dus op dezelfde manier.
Doorbloeiende klimroos snoeien
Deze klimrozen hebben een iets andere aanpak nodig. In maart worden alle zijtakken die aan de hoofdtakken groeien teruggesnoeid tot ongeveer 5 cm. Omhoog groeiende scheuten worden met rust gelaten. Tijdens de bloei worden alle uitgebloeide rozen afgeknipt tot op een blad dat weer uit vijf kleine blaadjes bestaat. Op die manier kunnen er weer nieuwe knoppen ontstaan.